18 tips voor het kopen van hardloopschoenen


  1. Koop schoenen die speciaal voor hardlopen zijn gemaakt en aansluiten bij jouw behoeften, en bij jouw type voeten.

  2. Laat je adviseren door een deskundige verkoper: door de grote ontwikkelingen bij de productie van sportschoenen, is het lastig zelf de juiste schoen uit te zoeken. Loop op een rustig moment – dus niet op een drukke zaterdagmiddag – de sportzaak binnen. Dan heeft de verkoper alle tijd voor je.

  3. Bedenk vooraf waarvoor je de schoen wilt gebruiken. Ga je hardlopen op geasfalteerde wegen? Kies dan een schoen met grote schokabsorptie en weinig profiel. Ga je op een zachtere ondergrond lopen? Dan is een stevige schoen met een grover en hoger profiel het beste. Wedstrijdschoenen zijn alleen geschikt voor de betere marathonloper (die over een marathon minder dan 2 uur en 40 minuten doet). Die schoenen zijn zo licht mogelijk, maar dat gaat ten koste van de schokabsorptie, stevigheid en duurzaamheid.

  4. Koop nieuwe schoenen voordat de oude versleten zijn. Als de buitenzool van je schoen versleten is, neemt de schokabsorptie al af. Hierdoor loop je meer kans op blessures. Loop nieuwe schoenen ook langzaam in.

  5. Loop je (bijna) iedere dag? Zorg dan voor 2 paar hardloopschoenen: je hebt dan ook de gelegenheid om nieuwe schoenen in te lopen, en je voeten te laten wennen aan de nieuwe exemplaren.

  6. Bezuinig niet op hardloopschoenen: je schoenen zijn van groot belang om blessures te voorkomen. Overigens zijn dure schoenen niet altijd de beste keus.

  7. Pas hardloopschoenen altijd: ze worden verkocht in verschillende lengtematen en een maat is geen objectief gegeven, maar verschilt per land en soms zelf per merk. Ook is zelden aangegeven wat de breedte is van een schoen.

  8. Pas schoenen aan met de sokken die je ook draagt tijdens het hardlopen. Alleen zo voel je goed of de schoen goed past.

  9. Pas schoenen aan het einde van de dag. Dan zijn je voeten iets groter, doordat er meer vocht in zit. Haal tijdens het passen ook de veters eruit en wandel even rond. Slipt de schoen van achteren? Dan is hij te groot of te breed bij de hiel. In de lengte moet er genoeg ruimte over zijn voor de tenen. Je hebt ongeveer 0,5 tot 1 cm ruimte nodig tussen de toppen van de tenen en de schoenrand.

  10. Kies een schoen met een hielkap die de hiel voldoende fixeert en stuurt: dit is van belang tijdens het landen en afzetten. Is de hielkap te laag? Dan slipt je schoen snel. Is de hielkap te hoog? Dan loop je een groter risico op een achillespeesblessure.

  11. Stem de zool af op de ondergrond. Elke zool heeft een profiel en er bestaan verschillende soorten profielen. Kies er eentje met voldoende grip op de ondergrond waarop je loopt.

  12. Kies een schoen met een goed buigpunt in de zool, onder de bal van je voorvoet.

  13. Kies een schoen met een licht verhoogde hak: dit maakt het makkelijker om op je hielen te landen en vereenvoudigt een goede voetafwikkeling.

  14. Let op je manier van lopen. Zakken je enkel en voet bij het landen op de grond en bij het ‘afwikkelen’ van je voet te veel en te abrupt naar binnen? Dan is sprake van ‘overpronatie’. Dat verhoogt de kans op blessures, zoals een achillespeesontsteking of beenvliesirritatie. Meer weten over overpronatie, en wat je daaraan kunt doen? Lees dan hier verder.

  15. Stem de schoenleest af op de vorm van je voet: er bestaan verschillende soorten leesten, zoals ‘rechte’ of gezwaaide’.

  16. Let op het voetbed van een schoen, dat in iedere schoen zit. Als die niet goed past, kun je hem verwisselen. Koop dan in de sportzaak een ander, los voetbed of laat een voetbed aanmeten. Zo'n aangemeten voetbed of ‘sport inlay’ of ‘sportsteunzool’ kan een orthopedisch schoenmaker aanmeten. Bijvoorbeeld sportartsen kunnen hierover ook advies geven. Dergelijke zolen kunnen blessures voorkomen, mits goed opgemeten. Is dit niet het geval, dan kunnen ze juist blessure veroorzaken.

  17. Kijk of de naden van de sportschoenen wel goed gestikt zijn. Er mogen geen harde stikranden op de verkeerde plek zitten. Zo'n rand kan voor problemen, zoals blaren, zorgen als hij bijvoorbeeld boven de tenen zit.

  18. Neem ruim de tijd om hardloopschoenen te vinden: ze moeten qua pasvorm echt bij je voeten aansluiten, en bij jouw manier van bewegen.